Soera al-Intifaar – de splijting (82:1-5)

door abubakkernl

Een hoofdstuk dat heel duidelijk naar het leven na de dood verwijst is soera al-Intifaar. Aan het einde der tijden, als het universum vergaat, staan de mensen voor het jongste gericht en wordt geopenbaard wat het leven voor betekenis heeft gehad. Dan worden de graven geopend, komen de doden tot leven en worden de mensen beoordeeld op hun goede en slechte daden, met als consequentie een eeuwig leven in de hel (het vuur) of in het paradijs (de tuin).

Dit hoeft niet per se definitief te worden opgevat. Er zijn passages die erop duiden dat een gestorvene direct na zijn dood wordt ‘beoordeeld’ en in een nieuw leven terugkeert.

Wat de mens volgens de beschrijvingen in de Koran in het graf beleeft, lijkt sterk op wat in de antroposofie over het Kamaloka wordt genoemd. De Koran laat het bestaan van reïncarnatie en karma open.

Het is dus zaak je op het leven na de dood voor te bereiden door het doen van goede werken en gebed, zonder echter het aardse leven te verzaken. “Bereid je voor op het hiernamaals alsof je morgen zult sterven, maar werk in het hiernumaals alsof je het eeuwige leven hebt.” (Uitspraak van de Profeet – vzmh)

Wanneer de hemel uiteenvalt,
Wanneer de sterren worden verstrooid,
Wanneer de zeeën tot uitbarsting komen,
Wanneer de graven worden omgewoeld,
Zal elke ziel weten wat zij heeft gedaan en wat zij heeft nagelaten.

Ith-assama-ungfatarat
Wa ith-alkawakib-untatharat
Wa ith-albihāru fuddjirat
Wa ith-alqubūru bu`athirat
`Alimat nafsun ma qaddamat wa akhkharat

Luisteren: http://quran.com/82

Advertentie