abubakker-nl

Beschouwingen van een antroposofische moslim

Economie (II)

Hieronder volgt een aantal passages uit de koran die betrekking hebben op woekerrente, het geven van bijdragen (sadaqah, zakaat) en handel drijven.

“Zij die de woeker eten, zullen niet anders opstaan (op de Laatste Dag) dan zoals opstaat hij, die de Satan omstoot door aanraking. Dat is, omdat zij zeiden: De koophandel is slechts hetzelfde als de woeker. – Maar Allah heeft de koophandel vergund gemaakt en de woeker verboden. Hij dan, tot wie een vermaning komt van zijn Heer en daardoor ermede ophoudt, voor hem is het vroeger verworvene, en zijn zaak staat aan Allah. Maar wie weer terugvalt, dat zijn de lieden van het Vuur, eeuwig-levend daarin.  (2:275)  Allah doet de woekerwinst verdwijnen en doet de liefdegaven winst afwerpen. En Allah bemint niet een enkele ongelovige zondaar.  (2:276)  Zij die geloven en de heilzame werken bedrijven en de salaat verrichten en de zakaat opbrengen, voor hen is hun loon bij hun Heer en er is geen vrees over hen en niet zullen zij bedroefd zijn.  (2:277)  O gij, die gelooft, vreest Allah en laat varen wat rest van de woekerwinst, indien gij gelovig zijt. (2:278) Maar indien gij het niet doet, vergewist u dan van krijg vanwege Allah en Zijn boodschapper. Maar indien gij tot inkeer komt, dan zijn voor u de hoofddelen van uw bezittingen (het kapitaal), zonder dat gij onrecht doet en onrecht leidt.  (2:279)  En indien iemand (uw schuldenaar) in moeilijkheid is, dan toegeeflijkheid tot tijd van gemakkelijker omstandigheden. Maar dat gij het (de schuld) schenkt als liefdegave is beter voor u, indien gij wist. (2:280) En vreest een dag, waarop gij teruggevoerd zult worden naar Allah, waarna aan iedere ziel gekweten zal worden wat zij verworven heeft, zonder dat hun onrecht gedaan wordt.” (2:281)

“De gelijkenis van hen die bijdragen geven van hun bezittingen op de weg Allah’s is als de gelijkenis van een zaadkorrel die zeven aren doet ontspruiten, in elke aar waarvan honderd korrels zijn. En Allah verdubbelt voor wie Hij wil en Allah is wijdomvattend en wetend.  (2:261)  

“O gij, die gelooft, maakt uw liefdegaven niet ijdel door dankbaarheidsaanspraken en krenking, zoals hij die bijdragen geeft van zijn vermogen om door de mensen gezien te worden, maar zonder te geloven aan Allah en de Laatste Dag. Want zijn gelijkenis is als de gelijkenis van een rotsgrond, waarop aarde is, en welke een regenstorm treft, die hem hard achterlaat. Zij hebben geen macht over iets van wat zij verworven hebben. En Allah leidt niet recht de ongelovige lieden.  (2:264)  

“En de gelijkenis van hen die bijdragen geven van hun bezittingen, in begeerte naar de tevredenstelling van Allah en tot versteviging van hun eigen zielen, is als de gelijkenis van een gaarde op een hoogte, welke een regenstorm treft, zodat zij in dubbele mate voedsel voortbrengt, en zo de regenstorm haar niet treft, dan toch dauw. En Allah is scherp toeziende op wat gij bedrijft.  (2:265)  “O gij, die gelooft, schenkt bijdragen van de deugdelijke dingen die gij verworven hebt en van wat Allah voor u uit de aarde heeft doen voortkomen en bestemt niet het weerzinwekkende om daarvan bijdragen te geven. Immers, gij zoudt het zelf niet nemen, tenzij dat gij de ogen daarvoor neersloegt. En weet, dat Allah rijk is en lofwaardig.”  (2:267)  

“Indien gij openlijk liefdegaven geeft, dan zijn die voortreffelijk, maar indien gij die in het geheim schenkt en ze geeft aan de armen, dan is dat beter voor u; en het zoent voor u uw slechte daden. En Allah is wél-onderricht omtrent wat gij bedrijft.”  (2:271)  

“Zij die hun bezittingen als bijdrage wegschenken, des nachts en des daags, in het geheim en in het openbaar, voor hen is hun loon bij hun Heer, en er is geen vrees over hen en niet zullen zij bedroefd zijn.” (2:274)

“En wat gij aan woekergeld geeft, opdat het rente drage van de bezittingen der mensen, dat draagt geen rente bij Allah. Maar wat gij geeft aan zakaat, in verlangen naar Allah’s aangezicht, diegenen zijn de dubbel verkrijgenden.” (30:39)

“O gij, die gelooft, wanneer er wordt uitgeroepen tot de salaat op de Dag der Bijeenkomst, spoedt u dan tot de gedenking Allah’s en laat af van de koophandel. Dat is beter voor ulieden, indien gij het wist.” (62:9) Wanneer dan de salaat beëindigd is, verspreidt u dan in het land en streeft naar Allah’s genade en gedenkt Allah veelmaals, opdat het u wél moge gaan. (62:10) Maar wanneer zij handel zien of speels vermaak, lopen zij weg daarheen en laten zij u staan. Zeg: Wat bij Allah is, is beter dan spel en dan handel. – En Allah is de beste der onderhoud-gevers.” (62:11)

“En houdt u trouw aan de maat, wanneer gij meet, en weegt met de rechtgestelde balans. Dat is beter en een schonere beslechting.” (17:35)

“Geeft de volle maat en behoort niet tot de bekorters. (26:181) En weegt met de rechtgestelde balans. (26:182) En benadeelt niet de mensen in hun eigendommen, en bedrijft geen kwaad op de aarde door verderf te brengen.”  (26:183)

83. Soerah Al-Moetaffifien (De knoeiers)  
“1. Wee aan de knoeiers,  2. Die, wanneer zij zich doen toemeten, van de mensen de volle maat eisen,  3. Maar, wanneer zij hun toemeten of toewegen, te loor doen gaan.  4. Denken genen soms niet, dat zij opgewekt zullen worden?  5. Voor een ontzaglijke dag?  6. De Dag, waarop de mensen zullen staan opgesteld voor de Heer der werelden?”

104. Soerah Al-Hoemaza (De aanslagpleger)  
“1. Wee aan elke aanslagpleger en kwaadspreker,  2. Die bezit vergaart en het oppot.  3. Hij die waant, dat zijn bezit hem de eeuwigheid geeft.  4. Niets daarvan! Hij zal weggeslingerd worden in de Verbrijzelaar.”

Advertentie

Economie (I)

Werken of bedelen?
Een man uit Medina kwam bij de profeet en vroeg om hem iets te eten te geven. De profeet vroeg hem: Heb je iets in je huis?. De man antwoordde: Een zadeldeken die wij soms omslaan en die wij op de vloer uitspreiden en een kan waar we water uit drinken. Breng ze maar hier, zei de profeet. De man bracht de kan en de deken en de profeet vroeg aan een paar metgezellen: Wie wil deze twee dingen kopen. Ik wil dat wel, zei iemand, voor één dirham. Een ander bood twee dirham. De profeet verkocht de dingen voor twee dirham, die hij aan de man gaf met de woorden: Koop voor één dirham eten voor je gezin en voor de andere een bijl en breng die hier. De man kwam terug met de bijl. De profeet spleet een blok hout met de bijl en zei tegen de man: Ga brandhout verzamelen en ik wil je twee weken lang niet zien. De man deed zoals hem gezegd werd en na twee weken had hij een winst van tien dirham gemaakt. Een deel van het geld gaf hij uit aan voedsel en een ander deel aan kleding. De profeet was tevreden en zei tegen de man: Dit is beter dan dat je een klap in je gezicht krijgt op de Dag der Opstanding. (hadieth)

Waarom werken?  
Je werkt voor levensonderhoud van jezelf, je vrouw en kinderen, en je ouders als die te oud worden om te werken.

Wat voor werk?
“Zij die de woeker eten zullen niet anders opstaan dan zoals hij opstaat die door de Satan geslagen is. Dat is omdat zij zeiden: De handel is slechts hetzelfde als de woeker. Maar Allah heeft de handel toegestaan en de woeker verboden.” (2:275)  Natuurlijk is niet alleen de handel toegestaan. Er moeten ook producten gemaakt worden om te vehandelen en er moet voldoende voedsel geproduceerd worden om iedereen te kunnen voeden.  Enkele ahadieth over de landbouw:

  • Als een moslim een boom plant of een gewas verbouwt, dan zal geen vogel of geen mens ervan eten zonder dat hij daar een beloning voor krijgt.
  • Iedereen die dood land tot leven brent zal daarvoor beloond worden, en welk wezen er ook van zal eten, het zal als liefdadigheid voor hem beschouwd worden.  

Houdt er rekening mee dat alle arbeid, hoe minderwaardig het ook mag lijken, is toegestaan, zolang het niet te maken heeft met iets dat haram is.

Eerlijkheid  
“En houdt u trouw aan de maat wanneer gij meet, en weegt met de rechtgestelde balans. Dat is beter en een schonere beslechting.” (17:35)  

“Geeft de volle maat en behoort niet tot de bekorters.” (26:181)  

Soerah Al Moetaffifien (de fraudeurs): “Wee aan de fraudeurs. / Die, wanneer zij zich doen toemeten, van de mensen de volle maat eisen. / Maar wanneer zij hun toemeten of toewegen, teloor doen gaan. / Geloven zij niet dat zij opgewekt zullen worden? / Voor een ontzaglijke dag? / De Dag, waarop de mensen zullen worden opgesteld voor de Heer der Werelden?” (83:1-6)

Riba (woeker)
In de islam zijn alle vormen van inkomen toegestaan waar een vorm van werk tegenover staat (behalve natuurlijk die soorten werk die te maken hebben met iets dat haram is). Dat wil dus zeggen dat sommige vormen van rente niet zijn toegestaan. Neem bijvoorbeeld iemand die in grote financiële problemen is geraakt. Iemand wil hem wel geld lenen, maar hij moet beloven dit geld over een jaar met 50% rente terug te betalen. Als hij geen andere mogelijkheid ziet zal hij ja zeggen, maar hoe kan hij ooit terugbetalen als er geen wonder gebeurt? Deze man raakt zo in nog grotere problemen, terwijl de ander, die al meer dan genoeg geld had, er nog beter van hoopt te worden zonder er iets voor te hoeven doen.

De westerse economie is voor een groot deel afhankelijk van rente en speculatie. Speculatie met geld, opties e.d. zijn vergelijkbaar met gokken, dus haram. Hoewel de meeste islamitische geleerden alle vormen van rente haram verklaard hebben, kun je dit ook genuanceerder benaderen. De rente die op een gewone spaarrekening wordt gegeven is nauweljks meer dan een correctie op de inflatie. Je kunt ook kijken naar wat de bank met jouw geld doet. Die gebruikt dat voor het verstrekken van hypotheken en andere leningen en een deel wordt belegd in aandelen. Die leningen leveren rente op en de aandelen dividend, d.i. een deel van de winst van het bedrijf dat de aandelen heeft uitgegeven. Beleggen is toegestaan, want je investeert een deel van het geld dat je over hebt in een bedrijf met als tegenprestatie een percentage van de winst, dus geen percentage van het geleende bedrag, terwijl je ook het risico loopt dat het bedrijf geen winst maakt. In dat geval ben je het geld dus gewoon kwijt. De rente die de bank geeft kun dus je zien als een vergoeding voor je investering, die natuurlijk veel lager is dan het dividend dat de bank ontvangt.

Basisregels voor de handel  
Handel is in de Sjaria gedefinieerd als ‘het ruilen van iets van waarde tegen iets anders van waarde met wederzijds goedvinden’ Enkele basisregels voor een eerlijke verkoop zijn:

  • de handelswaar moet bestaan op het moment van de verkoop  
  • de handelswaar moet in het bezit van de verkoper zijn
  • de koper moet in staat gesteld worden de handelswaar te beoordelen

Het is ook mogelijk iemand opdracht te geven iets te maken, bijvoorbeeld een kledingstuk of een huis. Er moeten dan afspraken gemaakt worden over vorm en kwaliteit, er moet een prijs worden afgesproken en ook wanneer die prijs betaald wordt. Dat kan direct zijn, bij aflevering of later. Het kan ook in termijnen (zoals bij een hypotheek). Zolang de maker nog niet is begonnen met zijn werk, heeft de koper het recht de koop te annuleren. Als de maker als is begonnen, kan de koop alleen worden geannuleerd als de maker het ermee eens is. (Deze vorm van koop heet istisna).

Je kunt ook iemand opdracht geven op een bepaald tijdstip een bepaalde hoeveelheid van een bepaald product te leveren, bijvoorbeeld aardappels. In een contract wordt dan de prijs vastgelegd, de hoeveelheid (in liters, kubieke meters of stuks), de kwaliteit en het moment van levering. De prijs moet vooruit betaald worden. Het product kan niet van een bepaald stuk grond afkomstig zijn, omdat je niet van tevoren kunt weten wat de hoeveelheid en kwaliteit zal zijn. Als aan één van deze voorwaarden niet is voldaan, is de koop ongeldig. (Deze vorm van koop heet salam).

Bronnen  

  • De Heilige Koran (vert. Kramers), The Holy Qur-an (vert. Yusuf Ali)  
  • Islam, de natuurlijke weg, Abdul Wahid Hamid (Delft, 1995)  
  • De website IslamiQ.com, een islamitische bank in Maleisië (februari 2001)  
  • Het deel over rente is deels gebaseerd op mondelinge informatie van Abdulwahid van Bommel

Ecologie

Allah (swt) heeft de mens aangesteld als chaliefa (rentmeester, plaatsvervanger) over de aarde met alles wat daarop en daarin is. Met andere woorden, Hij heeft de aarde aan onze zorg toevertrouwd. Daarbij past dat wij zorgvuldig met het milieu omgaan, dus zorgen voor zo min mogelijk vervuiling, zuinig zijn met energiebronnen, liefde tonen voor de planten en de dieren.

Als moslim trek ik daaruit de conclusie dat wij ons sterk zouden moeten maken voor zaken als biologische landbouw en veeteelt, omdat landbouw die gebruik maakt van chemische bestrijdingsmiddelen en pesticiden het natuurlijk evenwicht verstoort (ook aan genetische modificatie kleven allerlei, grotendeels nog onbekende, gevaren) en in de bio-industrie het welzijn van dieren in het gunstigste geval een bijkomende factor is. Nog onlangs is uit onderzoek gebleken dat bij het transporteren van levend slachtvee van de ene kant van Europa naar de andere kant vele dieren bezwijken of gewond raken.

Ook het gebruik van alternatieve energiebronnen als wind, water en zon zou door moslims gestimuleerd moeten worden omdat fossiele energiebronnen eindig zijn en bij verbranding CO2 vrijkomt, wat zorgt voor afbraak van de ozonlaag en door luchtvervuiling bijdraagt aan een slechte gezondheid van planten, dieren en mensen.

Ik zou jullie daarom willen oproepen eens na te denken over het kopen van biologische groente en vlees en het overstappen op schone electriciteit. Biologische groenten zijn duurder dan gangbare, maar op boerenmarkten valt de prijs mee. Ook zijn er bij veel natuurvoedingswinkels groente-abonnementen te verkrijgen, die goedkoper zijn dan het kopen van losse groenten. Meer informatie hierover is te vinden op de website www.bionext.nl. Halal geslacht biologisch vlees is bij mijn weten in Nederland nog niet op de markt, maar als er genoeg moslims zijn die hier belangstelling voor hebben zouden er met biologische slagerijen afspraken gemaakt kunnen worden. Nog beter zou het zijn als islamitische slagerijen hun slachtvee bij biologische boeren zouden willen inkopen.

Tenslotte raad ik ik jullie aan te overwegen om op schone electriciteit over te stappen. Bij veel energiebedrijven kan dat zonder extra kosten en enkele bedrijven die zich uitsluitend met de distributie van schone electriciteit bezighouden hebben zelfs lagere prijzen, bijvoorbeeld Greenchoice (www.greenchoice.nl) of Your Energy (www.yourenergy.nl) Meer bedrijven zijn te vinden op www.energie.nl en uitgebreide achtergrondinformatie vind je op www.greenprices.nl Daar kun je ook een prijsvergelijking met je huidige energiebedrijf laten berekenen.

Het huwelijk

“En tot Zijn tekenen behoort dat Hij uit jullie midden partners (m/v) heeft geschapen om rust bij te vinden en Hij heeft tussen jullie vriendschap en genegenheid doen ontstaan. Daarin zijn zeker tekenen voor een volk dat nadenkt.” (Ar Roem 21)

Het huwelijk (nikah) neemt een belangrijk plaats in de samenleving en de religie in. Op iedere volwassen moslim(a) rust in principe de plicht om te trouwen. Het huwelijk wordt als een schild tegen ongeoorloofde relaties beschouwd. Het moet op liefde en begrip voor elkaar gebaseerd zijn en het is de beste voorwaarde voor de opvoeding van geestelijk gezonde kinderen. Seks binnen het huwelijk wordt als liefdadigheid gezien, seks buiten het huwelijk is verboden.

Het huwelijk is een overeenkomst tussen de twee huwelijkspartners en hun familie. In de meeste moslimlanden is het gebruikelijk dat een ambtenaar als getuige bij de huwelijkssluiting aanwezig is, waarmee het huwelijk meteen bij de burgerlijke stand is geregistreerd. Als een van de partners de Nederlandse nationaliteit heeft, erkent de Nederlandse overheid een dergelijk huwelijk niet in alle gevallen. Soms is legalisatie bij een andere overheidsdienst of via een rechtbank nodig.

De echtgenoten hebben grote vrijheid het huwelijk in onderling overleg naar eigen inzicht in te vullen. In de loop der tijd zijn diverse voorschriften en aanbevelingen ontstaan, maar in veel gevallen betreft dit cultuur- en tijdgebonden gewoonten die weinig met de islam te maken hebben.

Hieronder volgen de belangrijkste voorschriften uit Qor’aan en Soennah die een huwelijk – met Gods hulp – zullen doen slagen.

Het vinden van een partner
Vaak zoeken ouders een geschikte partner voor hun kind. Kinderen mogen niet gedwongen worden met iemand te trouwen, maar moeten eerst geraadpleegd worden. Zelf een huwelijkpartner uitzoeken is niet onislamitisch.

Abu Hurayra vertelde dat de Boodschapper van Allah zei: “Een eerder getrouwde vrouw moet niet ten huwelijk worden gegeven zonder geraadpleegd te worden en een maagd moet niet ten huwelijk worden gegeven voordat haar toestemming is verkregen.” Toen gevraagd werd hoe haar toestemming kon worden opgemerkt, antwoordde hij (Muhammad) dat dit was doordat ze er niets tegen inbracht. (Buchari, Muslim)

Ibn Abbas vertelde dat een meisje bij Muhammad kwam en zei dat haar vader haar gedwongen had te trouwen zonder haar instemming te vragen. Muhammad gaf haar de keuze om het huwelijk te accepteren of het ongeldig te verklaren. (Ibn Hanbal)

Wat is een geschikte partner?
Onze Profeet heeft hierover het volgende gezegd:

“Men kan een vrouw om vier redenen trouwen: haar rijkdom, haar afkomst, haar schoonheid en haar geloof. Degene die haar trouwt vanwege haar vaste geloof in Allah, zal een gelukkig leven leiden.”

“Als een man een vrouw trouwt vanwege haar stand, dan vernedert Allah hem. Als een man een vrouw trouwt om haar rijkdom, dan neemt Allah zijn rijkdom weg. Als een man een vrouw trouwt vanwege haar afkomst, dan legt Allah hem in een afschuwelijke positie. Maar als iemand een vrouw trouwt omdat hij kuis en vroom wil blijven en seksuele wandaden wil vermijden, ook omdat hij twee groepen – namelijk zijn familie en de familie van zijn vrouw – wil verenigen, dan zegent Allah hen.”

Meestal wordt aangenomen dat een moslimvrouw alleen met een moslimman mag trouwen, terwijl een moslimman wel een joodse of christelijke vrouw mag trouwen. De Qor’aan zegt hierover echter niets. Vers 2:221 bevat uitsluitend een verbod voor zowel moslimmannen als -vrouwen om met iemand van de veelgodenaanbidders te trouwen, waarmee de toen vijandige Mekkaanse stammen werden bedoeld. Wanneer een getrouwde vrouw moslim wordt, wordt haar dan ook vaak geadviseerd van haar (niet-moslim)man te scheiden, wat haar keuze voor de islam echter aanzienlijk zwaarder maakt. Mede hierom vinden progressieve geleerden dat een dergelijk verbod niet meer van deze tijd is, zolang de man zijn vrouw tenminste niets in de weg legt om haar religie in praktijk te brengen. De vaak gehoorde verplichting voor een meisje om moslim te worden voordat zij met een moslimjongen kan trouwen is nergens op gebaseerd.

In een aantal landen zijn huwelijken tussen neef en nicht eerder regel dan uitzondering. Mohammed heeft dit toegestaan, maar om gezondheidsredenen is het af te raden.

De huwelijkssluiting  
De huwelijkssluiting (idjaab qaboel = verklaring van instemming) kan thuis gebeuren, maar na het `Asr-gebed in de moskee wordt als beter beschouwd. Een huwelijk is geldig als de bruidegom met een vertegenwoordiger van de bruid in het bijzijn van twee getuigen een huwelijk overeenkomt, waarbij ook de bruidsschat dient te worden vastgesteld. Een huwelijk is ongeldig als het meisje protesteert. Het verdient aanbeveling om een geschreven huwelijksovereenkomst op te stellen.

Een ‘islamitisch’ huwelijk thuis of in een moskee is in Nederland niet voldoende, want het biedt de vrouw geen enkele rechtszekerheid. Daarom verdient het aanbeveling naast een islamitisch huwelijk ook een burgerlijk huwelijk aan te gaan of bij een notaris een samenlevingscontract op te stellen. In feite kan een burgerlijk huwelijk of een samenlevingscontract, aangevuld met een mahr, een korte choetba en smeekbeden en in het bijzijn van vier moslimgetuigen volstaan als ‘islamitisch’ huwelijk. Het voldoet aan alle criteria die aan een islamitisch huwelijk gesteld worden.

De bruidegom behoort zijn vrouw een bruidsschat (mahr) te geven die overeenkomstig is met zijn financiële middelen en met de wensen van de vrouw. Alles wat niet haram is, is toegestaan, bijvoorbeeld sieraden, kleding, geld, een Qor’aan. Een geschenk is niet geldig als het geld geleend is, want een huwelijk met schulden beginnen is geen goede basis voor een stabiele relatie. Het is ook niet de bedoeling dat de man zijn vrouw van haar familie koopt, of dat de vrouw een bruidsschat meebrengt.

De bruidsschat wordt vaak gezien als financiële reserve voor de vrouw ingeval haar man haar verstoot of komt te overlijden. In veel islamitische landen worden dermate hoge bedragen geëist dat jongemannen nauwelijks in staat zijn die op te brengen en zich diep in de schulden moeten steken om te kunnen trouwen. De verplichting schiet zo zijn doel voorbij, want enerzijds ondermijnt het de financiële situatie van het gezin en anderzijds leidt het ertoe dat veel mensen lang ongetrouwd blijven, wat de kans op ongewenste seksuele relaties vergroot. Aangezien in Nederland de alimentatie na een scheiding bij wet is geregeld en de vrouw meestal deelt in het pensioen van de man, is een aanzienlijke bruidsschat als financieel vangnet hier niet noodzakelijk.

Na het huwelijk heeft de vrouw het recht haar eigen (familie)naam te blijven gebruiken. Ook behoudt zij het recht om zelf over haar eigen vermogen en/of inkomsten te beschikken.

Het is aanbevolen om enkele dagen na het huwelijk een feestmaal (walimah) te geven om familie, vrienden en buren te laten delen in de vreugde. Je hoeft je daarbij echter niet rijker voor te doen dan je bent.

De hele maagdelijkheidscultus, zoals het tonen van een bebloed laken en maagdenvlieshersteloperaties, is een onislamitische traditie.

Rechten en plichten  
De nog veel gehoorde opvatting dat een vrouw haar man geen seks mag weigeren om te voorkomen dat die zijn gerief elders zoekt, is eigenlijk achterhaald. In een gelijkwaardige relatie die op wederzijds respect, liefde en genegenheid is gebaseerd kan natuurlijk geen sprake zijn van dwang. Overleveringen waaruit zou blijken dat een vrouw die haar man seks weigert voor het vuur bestemd is, zijn van zeer twijfelachtig allooi. Volgens de koran is er sprake van wederkerigheid: “… zij zijn bekleding voor u en u bent bekleding voor haar.” (Al-Baqarah 187) Van een man mag daarom verwacht worden dat hij rekening houdt met de gezondheid en gevoelens van zijn vrouw. Andersom geldt ook dat een vrouw net zoveel recht heeft op seksueel genot als een man.

De huishouding valt niet vanzelfsprekend onder de verantwoordelijkheid van de vrouw. De Profeet waste zijn eigen kleding en repareerde zelf zijn sandalen. Uit diverse latere voorbeelden blijkt, dat huishoudelijke taken steeds onderhandelbaar waren.

Geluk in het huwelijk kunnen we niet als iets vanzelfsprekends zien. Gevoelens kunnen met de tijd veranderen, de vlam van liefde kan uitdoven. Daarom moeten we er alles voor over hebben om het respect voor elkaar in stand te houden. Hiervoor zijn geduld en een voortdurend geven van beide kanten nodig, net zoals een tuin verzorgd moet worden om hem altijd te laten bloeien.

Echtscheiding
“En behandelt hen (de vrouwen) volgens de voorschriften. En wanneer jullie een afkeer van hen hebben, kan het zijn dat jullie een afkeer hebben van iets waar Allah veel goeds in gelegd heeft.” (An-Nisa 19)

Scheiden is toegestaan in de islam, hoewel het, volgens een overlevering, de meest verafschuwde maatregel is die door Allah is toegestaan. Zo’n drastische maatregel mag alleen maar genomen worden nadat er goed over is nagedacht en nadat overleg gevoerd is met betrouwbare bemiddelaars. Alleen als blijkt dat niets het vertrouwen meer kan herstellen mag een scheiding worden uitgesproken.

Er zijn verschillende manieren om te scheiden, die in de vier leerscholen anders zijn uitgewerkt. Heel algemeen kan gezegd worden dat de man – bij voorkeur in het bijzijn van twee getuigen – uitspreekt te willen scheiden. Dan geldt een wachtperiode (iddat) van drie menstruatiecycli (of voor het gemak drie maanden) waarbinnen de scheiding ongedaan gemaakt kan worden. Gedurende deze periode is het niet toegestaan om gemeenschap te hebben, maar de vrouw heeft nog steeds recht op onderdak, voedsel en kleding. Als blijkt dat de vrouw zwanger is duurt de wachtperiode totdat het kind geboren is.

Als een vrouw door haar man wordt verwaarloosd kan ook zij om een scheiding vragen. Zij moet daarvoor een aanklacht indienen bij een (islamitische) rechtbank, of, bij afwezigheid daarvan, bij een commissie van geleerden. Redenen waarom een vrouw een scheiding kan aanvragen zijn langdurige afwezigheid van de man zonder dat hij bericht stuurt, het niet geven van (voldoende) levensonderhoud, mishandeling en seksuele veronachtzaming. Ook ‘onverenigbaarheid van karakters’ kan een legitieme scheidingsgrond zijn.

In moslimlanden doen vrouwen er verstandig aan dit recht in het huwelijkscontract te laten vastleggen. Soms is dit al in een standaard huwelijkscontract opgenomen. In veel landen kan een vrouw ook haar instemmingsrecht met een tweede huwelijk in een huwelijkscontract laten vastleggen. Bij overtreding daarvan volgt dan automatisch een echtscheiding.

In Marokko is met een recente wijziging van het familierecht de positie van de vrouw verstevigd. In andere landen wordt daarentegen hevig geëxperimenteerd met scheiden via sms-berichten.

Bij een huwelijk in Nederland ligt dit natuurlijk allemaal anders. Naast een eventueel ‘islamitisch’ huwelijk moet ook een burgerlijk huwelijk gesloten worden. Het aanvragen van een scheiding moet altijd via een rechter en is voor vrouwen veel makkelijker. Wel is het zaak huwelijkse voorwaarden op te laten stellen. Doe je dat niet, dan trouw je standaard in gemeenschap van goederen, wat betekent dat bij een echtscheiding de bezittingen fifty-fifty verdeeld dienen te worden en de partner altijd mede-aansprakelijk is in geval van een faillissement.

Slaan
“En voor de vrouwen zijn er rechten overeenkomstig hun plichten, volgens wat redelijk is. Maar voor de mannen is er een rang boven hen (de vrouwen).” (Al-Baqarah 228)

Dit vers heeft aanleiding gegeven tot vele misvattingen. Vaak wordt het zo opgevat dat een vrouw haar man in alles moet gehoorzamen. Moslimfeministen wijzen erop dat bedoeld is dat op de man een extra verantwoordelijkheid rust om zijn vrouw te onderhouden, met name tijdens de zwangerschap en zolang zij voor zijn kinderen zorgt.

Nog meer misverstanden bestaan er rond ayah 34 uit hoofdstuk 4. Door moslims en islamcritici wordt dit aangegrepen als legitimering voor geweld tegen vrouwen.

“En de oprechte vrouwen zijn de gehoorzame vrouwen en zij waken (over zichzelf en de eigendommen) in de afwezigheid (van haar man), zoals Allah ook waakt. En wat betreft hen (echtgenotes) waarvan jullie ongehoorzaamheid vrezen: vermaant hen, (als dat niet helpt) negeert hen (in bed) en (als dat niet helpt) slaat hen (licht). Indien zij jullie dan gehoorzamen: zoek dan geen voorwendsel (om hen lastig te vallen).” 

Amina Wadud en anderen interpreteren die passage juist als een aanmaning aan mannen om zich in te houden en bij onenigheid eerst alles te proberen om tot overeenstemming te komen. Eerst wijst hij haar terecht. Als dat niet helpt laat hij haar alleen in bed. En pas dan zou hij haar – licht – mogen slaan. Dat is, gezien de tijd waarin de koran is geopenbaard, al een verstrekkende verbetering, want vrouwen werden toen nog gezien als lijfeigenen waar een man over mocht beschikken, ze kon buitgemaakt worden in oorlogen, ze kon vererfd worden, meisjes werden soms direct na de geboorte gedood.

Laleh Bakhtiar was ook met die interpretatie niet tevreden. ‘De profeet Mohammed sloeg zijn vrouwen nooit als hij problemen met ze had. Als hij ervoor koos dat niet te doen, zouden zij die zijn soennah volgen er ook voor moeten kiezen het niet te doen’ schrijft ze.

Bahz Ibn Hakim vertelde: “Ik vroeg de Profeet hoe om te gaan met vrouwen en hij zei: Voed ze zoals jullie jezelf voeden, kleed ze zoals jullie jezelf kleden en sla of berisp hen niet.” Het recht op een vriendelijke behandeling voor vrouwen blijkt ook uit de volgende overlevering: “De meest perfecte gelovigen zijn de besten in gedrag en de besten van jullie zijn degenen die het beste voor hun vrouwen zijn” (Ibn-Hanbal). Als een man dit niet respecteert, heeft zijn vrouw het recht om een scheiding aan te vragen.

Het woord daraba in vers 34 betekent niet alleen (zachtjes) slaan, maar ook vertrekken en scheiden. Dat laatste past volgens haar veel beter in de context van de koran, waarin ook op andere plaatsen scheiding is toegestaan. Zo geïnterpreteerd kan een man die het oneens is met zijn vrouw en het niet meer goed krijgt, ook niet na overreding of een afkoelingsperiode, beter van haar weggaan.

Deze interpretatie wordt ondersteund door 2:231, waarin gesteld wordt dat een man zijn vrouw niet mag kwellen wanneer hij van haar wil scheiden.

De vertaling van Bakhtiar luidt: “Mannen zijn de ondersteuners van vrouwen omdat God sommigen van hen bevoordeeld heeft boven anderen en omdat zij van hun rijkdom geven. Dus degenen (vrouwen) die moreel handelen zijn de moreel verbondenen, degenen (vrouwen) die het ongeziene van wat God heeft beschermd, behoeden. Maar diegenen (vrouwen) wier opstandigheid gij vreest, wijs hen terecht en laat hen alleen in hun slaapplaatsen en ga van hen weg, maar als zij u gehoorzamen, zoek dan zeker geen uitvlucht tegen hen.”

Bronnen

  • Abdullah Adhami: Advice to husbands
  • Jamal A. Badawi: The status of woman in islam, Saudi Arabia: 1991
  • Lelah Bakhtiar: The Sublime Quran, Chicago: 2008
  • Huda Khattab: Het handboek voor moslimvrouwen, Delft: 1996
  • Mediha: “Het huwelijk in drie religies” in Salaam, jongerenmagazine van het Moslim Informatie Centrum, jrg. 1, nr. 3
  • Tasliem: Huwelijksgeluk door islam
  • Amina Wadud: De koran en de vrouw, herlezing van een heilige tekst vanuit een feministisch perspectief, Amsterdam: 2004
  • Zahir Ahmad Ragie: Nikah, the islamic marriage, Karachi: 1994
  • Mondelinge informatie van diverse leraren in de moskee Al Hikmah, Den Haag.

Waarom vasten wij?

“O jullie, die geloven, het vasten is jullie voorgeschreven zoals het was voorgeschreven aan degenen vóór jullie, opdat jullie godvrezend zullen worden.” (De heilige Koran, 2:183)

Het vasten in de maand Ramadan is een van de weinige aspecten van de Islam die vrij algemeen bekend zijn. Maar waarom er gevast wordt en wat een gelovige moslim aan het vasten beleeft ontgaat veel Nederlanders.

Het vasten is in de Koran voorgeschreven als verplichting voor iedere moslim naast de vijf dagelijkse gebeden, het verlenen van liefdadigheid en het verrichten van de bedevaart.

Gedurende de maand Ramadan wordt er door moslims niets gegeten of gedronken vanaf de dageraad tot zonsondergang. Daarnaast is het aanbevolen om je emoties zoveel mogelijk onder controle te houden en negatieve gedachten te vermijden. Dertig dagen lang ben je intensiever dan anders met je geloof bezig. Je staat vlak vóór zonsopgang op om het ochtendgebed te verrichten en om te ontbijten. Hoewel je overdag gewoon werkt, gaan sommigen vlak voor zonsondergang naar de moskee om samen met anderen het moment af te wachten dat je weer kunt eten. Tot die tijd wordt er samen uit de Koran gelezen en als het moment daar is wordt er een kleinigheid gegeten. Traditioneel is dat wat water en een dadel. Hierbij spreek je een gebed uit waarin God gedankt wordt voor Zijn hulp bij het vasten. Na dit ‘verbreken van de vasten’ wordt gezamenlijk het verplichte gebed vlak na zonsondergang verricht en daarna wordt er samen gegeten. Anderen kiezen ervoor om het vasten thuis met het gezin of familie en vrienden te verbreken.

Tenslotte worden er extra gebeden verricht waarin de Koran wordt voorgedragen. Het is traditie om zo de gehele Koran in dertig dagen te reciteren. Sommige mensen brengen de laatste tien nachten van de maand Ramadan door in de moskee met extra gebed en devotie.

Het vasten wordt afgesloten met het suikerfeest op de eerste dag van de nieuwe maan(d). Dan vindt een extra gebed plaats in het begin van de ochtend, waarna gestorven familieleden herdacht worden en ouders en oudere familieleden worden bezocht en gefeliciteerd.

Vasten in de Islam betekent niet dat je minder of helemaal niet eet. Je slaat de lunch over waardoor je ‘s-middags een hongerig gevoel krijgt, maar ‘s-avonds eet je vaak meer dan anders. Het doel van het vasten is niet alleen maar honger en dorst hebben. Het is een mogelijkheid om je zowel lichamelijk als geestelijk te reinigen en je te ontdoen van slechte gevoelens zoals trots, afgunst, haat, intolerantie en onverschilligheid. Door te vasten stel je jezelf op de proef. Als je hongerig bent is het moeilijker dan anders om je geduld te bewaren als iemand op je zenuwen werkt, maar door het vasten ben je bewuster met je gedrag bezig, zodat je meer moeite zal doen dan anders om niet boos te worden. Zo kan een periode van vasten een hulp zijn om je emoties de baas te worden. Daarnaast raak je door het hongerige gevoel dat je hebt een beetje los van de aarde. Het is alsof je dichter bij God komt. Daarom is de Ramadan voor veel moslims zo’n feestelijke gebeurtenis en kijken velen van ons er ondanks het ongemak ieder jaar weer naar uit.

Vasten is een ik-oefening. Daar is moed voor nodig. Door het vasten gaan je geest, ziel en lichaam zich anders tot elkaar verhouden. Je komt een beetje los van de materie die ons in het dagelijkse leven zo aan de aarde kluistert. Meer dan anders zet je je in om je begeerten te bevrijden van het egoïsme en te transformeren in een liefdevol streven naar iets dat bereikt wordt voor onze medemensen. Het is een oefening in de mogelijkheid om je vol liefde met je medemens te verbinden, je in te leven. Dit is het opbouwen van zielekrachten. In die zin is vasten een voorbereiding op het leven na de dood. Want alle egoïsme zal na de dood gezuiverd moeten worden. Alle liefde voor de medemens die op aarde betoond is, maakt dat je na je dood dichter bij God komt.

Vanuit de geestelijke wereld stromen in de nacht onophoudelijk liefdekrachten en wijsheid naar onze  ziel. In de maand ramadan staan de poorten naar de hemel wijd open en zijn poorten naar de hel gesloten. Engelen dalen af om ons te helpen bij het moeizame zoeken van een opening naar de spirituele wereld. De gelukkigen hebben in de heilige nacht van de bestemming een moment van verbinding ervaren dat misschien vergeleken kan worden met de grenzeloze liefde en verbondenheid die sommigen in een bijna-dood-ervaring hebben meegemaakt en dat de hemelreis van onze geliefde Profeet (saws) in herinnering brengt.

Omdat het in Nederland niet zo’n algemene gebeurtenis is als in islamitische landen is het soms moeilijk om het vasten met werken te combineren. Collega’s willen niet altijd rekening houden met het feit dat je door te vasten sneller vermoeid raakt en je kunt je enthousiasme niet met ze delen. Bovendien is het moeilijker om te vasten als je collega’s gaan lunchen en je ervan proberen te overtuigen dat vasten eigenlijk maar onzin is. Soms ontmoet je respect voor je doorzettingsvermogen, maar vaak ook wordt er door niet-moslims met onbegrip gereageerd.

Ethiek (achlaaq/adhaab)

De islamitische gemeenschap is o.a. gebaseerd op de volgende waarden:

  • tauwhied (erkennen van de Eenheid van God)  
  • gelijkheid (en vrijheid) van ieder individu  
  • rechtvaardigheid  
  • shoera (gezamenlijk overleg)

Na het erkennen van de Eenheid/Enigheid van Allah en de onderwerping daaraan, moet iedere gemeenschap van moslims gebaseerd zijn op Rechtvaardigheid. Waar rechtvaardigheid heerst, zijn ook vrijheid en gelijkheid gewaarborgd.

Voorwaar, Allah gelast u goed met goed te vergelden en wel te doen aan anderen en te geven als aan verwanten; en Hij verbiedt onbetamelijkheid, kwaad en opstand. (16:90)

Voorwaar, Allah gebiedt u om wat u is toevertrouwd te geven aan hen die er recht op hebben en dat, wanneer gij tussen mensen richt, gij rechtvaardig handelt. (4:58)

En laat vijandschap van een volk u niet aansporen om onrechtvaardig te handelen. (5:9)

O, gij die gelooft, weest voorstanders der rechtvaardigheid, getuigen voor Allah, zelfs al was het tegen uzelf, uw ouders of verwanten. (4:135)

En leeft, wanneer gij spreekt, rechtvaardigheid na, zelfs wanneer het een bloedverwant betreft en vervult het verbond van Allah. Dit is hetgeen Hij u vermaant, opdat gij er lering uit moogt trekken. (6:152)

Voorwaar, Wij zonden Onze boodschappers met duidelijke bewijzen en openbaarden hun het Boek en de Weegschaal opdat het mensdom rechtvaardig moge zijn. Wij hebben ijzer nedergezonden waardoor grote strijd, doch ook grote voordelen voor het mensdom ontstaan, opdat Allah degenen moge onderscheiden die in het ongeziene Hem en Zijn boodschappers helpen. Het verwijt is slechts tegen hen, die de mensen onrecht aandoen en ten onrechte in het land opstand veroorzaken. Dezen zullen een pijnlijke straf ontvangen. (42:42)

Iemand die samen met een onderdrukker oploopt om hem te steunen, terwijl hij weet dat deze een onderdrukker is, heeft zich van de Islam verwijderd. (hadieth)

De samenleving waarin onze profeet Muhammad (saw) leefde, werd gekenmerkt door onrechtvaardigheid. Hij werd gezonden om rechtvaardigheid te brengen. Rechtvaardigheid begint bij jezelf: je hebt recht op geestelijke ontwikkeling, maar het zou onrechtvaardig zijn om daarbij je lichaam te verwaarlozen. Het zou ziek worden en je zou kunnen sterven, nog voordat je voldoende kennis hebt.

Rechtvaardigheid openbaart zich in de saf, waar niemand boven een ander staat door afkomst of rijkdom. Rechtvaardigheid is de basis van een eerlijke rechtspraak, d.w.z. voor de wet is iedereen gelijk. Iedereeen moet op dezelfde wijze gestraft worden voor zijn misdragingen, of hij nu arm of rijk is, veel of weinig invloed heeft, toevallig familie van je is, etc. Dat geldt ook thuis: ouders mogen niet het ene kind voortrekken boven het andere.

Een goed karakter

Degenen die het dichtst bij mij staan op de Dag van de Opstanding en voor wie ik de meeste achting koester, zijn degenen met de beste karakters. (hadieth Boechari)

Het edele karakter van iemand blijkt uit zijn grote schaamtegevoel en zijn afkeer van slechte daden. Iemand met een edel karakter is zeer vroom, zeer eerlijk, weinig praatziek, zeer actief, discreet, een weldoener, aangenaam, inschikkelijk, trouw aan zijn verplichtingen en kuis. Hij begaat weinig vergissingen, vervloekt noch beledigt iemand en spreekt evenmin kwaad van iemand. Hij is niet ongeduldig, gierig of afgunstig. Hij is vriendelijk en ontspannen. Hij houdt van wat Allah behaagt en verafschuwt wat Hij verafschuwt, hij is tevreden of ontevreden vanwege Hem. (vrij naar Djezeïri)

O gij die gelooft, volhardt, wedijver in uithoudingsvermogen, moedig elkaar aan en vreest Allah opdat u succes zult hebben.  Wie kuis wil zijn, hem zal Allah helpen. Wie niet jaloers is op wat anderen bezitten, hem zal Allah verrijken. Wie geduldig wil zijn, hem zal Allah te hulp komen. Niemand heeft een vruchtbaarder geschenk ontvangen dan geduld. (sabr) (hadiet Boechari)

Geduld is een schone zaak. (Nederlands gezegde)

Vier kenmerken zijn karakeristiek voor een hypocriet. Wie er ook maar één van bezit, staat bekend als hypocriet, totdat hij zich ervan ontdoet. Deze kenmerken zijn:  

  • hij beschaamt het in hem gestelde vertrouwen;  
  • hij liegt, wanneer hij spreekt;  
  • hij komt zijn afspraken niet na;  
  • hij is oneerlijk, wanneer hij een conflict met iemand heeft.  (hadieth Boechari en Muslim)

Voorbeelden van goed gedrag in relatie tot anderen

Jegens ouders
Gedraag je fatsooenlijk tegenover je ouders, gehoorzaam ze, zorg goed voor ze, bescherm ze tegen iedere vorm van kwaad, roep Allah voor hen aan, vraag Allah hen te vergeven, neem hun verplichtingen op je als ze die niet meer kunnen nakomen en behandel hun vrienden met respect.

Jegens familieleden
Behandel ze goed, geef blijk van bezorgdheid, doe wat fatsoenlijk is en vermijdt hetgeen schadelijk of shockerend voor hen is.

Jegens wezen
Waarborg hun bezittingen en hun rechten, zorg voor hun opvoeding, geef ze geen minderwaardige behandeling, kortom, behandel ze als je eigen kinderen.

Jegens behoeftigen
Geef ze te eten, geef ze kleding, spoor anderen aan om ze te helpen, kwets hun gevoel voor eigenwaarde niet en doe ze geen kwaad.

Jegens reizigers
Help ze als ze daarom vragen, bescherm hun goederen en hun waardigheid, geef ze de gevraagde informatie en wijs ze de goede weg als ze verdwaald zijn.

Jegens arbeidskrachten
Betaal hun salaris voordat hun zweet is opgedroogd, dwing hen niet om iets te doen dat boven hun vermogen uitgaat, behandel ze met respect.

Jegens huispersoneel
Voed en kleed ze zoals je jezelf voedt en kleedt. Wees beleefd en behandel ze goed. Spoor ze aan om het goede te doen en bescherm ze tegen kwaad.

Jegens dieren
Voed ze als ze honger hebben, verzorg ze als ze ziek zijn, belast ze niet boven hun vermogen, behandel ze met goedheid tijdens het werk en geef ze voldoende tijd om te rusten.

Bronnen:  

  • De weg van de moslim, deel 2, Aboe Bakr Djaber El Djezeïri (vert. drs. J. Ploeger, Leiden, 1997)  
  • Islam, de natuurlijke weg, Abdul Wahid Hamid (Delft, 1995)  
  • Zeden en gewoontes in de Islam – een gids voor de islamitische aadaab, Marwan Ibrahim Al-Kaysi (Delft, z.j)

De vijf zuilen

De vijf zuilen van de islam zijn (in deze volgorde):

  • Sjahadah (geloofsbelijdenis)
  • Shalat (de vijf dagelijkse gebeden, inclusief het vrijdagsgebed)
  • Saum (vasten)
  • Zakat (armenbelasting)
  • Hajj (bedevaart)

De sjahadah kan door iedere volwassene worden uitgesproken en de dagelijkse gebeden kunnen in principe door iedere volwassene gedaan worden. Ze kunnen zelfs zittend of liggend gedaan worden als de lichamelijke conditie staan en knielen niet toelaat. Het gezamenlijke vrijdagsgebed is verplicht voor alle mannen. Het is sterk aanbevolen (wajib) om de ochtendgebeden van `Id al-Fitr en `Id al?Adha gezamenlijk te verrichten.

Enkele bepalingen betreffende de shalat (het verplichte gebed):

Er zijn twee (bijna) verplichte gebeden per jaar; de ochtendgebeden van `Id al-Fitr en `Id al-Adha, die gezamenlijk verricht moeten worden.

Er is één verplicht gebed per week; het gezamenlijke vrijdagsgebed.

Er zijn vijf verplichte gebeden per dag, nl.

  1. Shalat Subuh 2 raka’at (hetochtendgebed)  
  2. Shalat Dhur 4 raka’at (het middaggebed)  
  3. Shalat `Asr 4 raka’at (het namiddaggebed)  
  4. Shalat Maghrib 3 raka’at (het avondgebed)  
  5. Shalat `Isja 4 raka’at (het nachtgebed)

Op reis worden de shalat dhur en `asr verkort en samengevoegd verricht in de voormiddag of in de namiddag. Je verricht dan eerst twee raka’at voor shalat dhur en daarna twee raka’at voor shalat `asr. Ook de shalat maghrib en shalat `isja worden samengevoegd, maar alleen het `isja-gebed wordt verkort. Er zijn verschillende opvattingen over de lengte van de reis. Er is overgeleverd dat een reis drie dagen per kameel moet duren voor deze versoepelingen mogen worden toegepast. Drie dagreizen per kameel zijn ongeveer 70 km. Er wordt tegenwoordig, ook met moderne vervoermiddelen, vrij algemeen 70 km aangehouden, maar er zijn ook geleerden die zeggen dat het ongemak zwaarder weegt dan de afstand. In dat geval zou een vliegreis rond de wereld samenvoeging van gebeden niet legitimeren. Ook zijn er geleerden die kortere afstanden aanhouden.

Samenvoeging is eventueel ook mogelijk als de vijf dagelijkse gebeden om andere dringende redenen niet tijdig verricht kunnen worden, bijvoorbeeld in een niet-islamitisch land waar op het werk geen mogelijkheid is om het gebed te verrichten. Als er geen mogelijkheid is om de shalat dhur, `asr en maghrib op tijd te verrichten, dan vervalt de verplichting voor dhur en `asr en kan maghrib samen met `isja worden verricht. Er moet echter worden bedacht dat het ook is toegestaan om het gebed zittend en in stilte te verrichten. [Andere geleerden noemen deze mogelijkheden niet – MY]

Vasten in de maand Ramadhan is voor iedereen verplicht. Als je door ziekte (en voor vrouwen: gedurende menstruatie, zwangerschap of zoogperiode) niet kunt vasten, moet je het aantal dagen dat je niet gevast hebt later inhalen. Op de dag van `Id al-Fitr mag er niet gevast worden. Het is aanbevolen om vaker te vasten.

[Is het mogelijk om vrijwillig niet te vasten, bijvoorbeeld omdat je aan een wedstrijd deelneemt?  Het is beter om dat niet te doen, maar als het toch gebeurt moet je bij wijze van compensatie 60 armen een dag te eten geven.]

Zakat is verplicht voor iedereen die over voldoende middelen beschikt. Er zijn twee soorten zakat, nl. Zakat Mal en Zakat Fitrah.

Zakat fitrah moet gegeven worden tussen de 21ste van Ramadhan en `Id al-Fitr en bedraagt 2½ kilo rijst of het equivalent daarvan in geld [momenteel ca. ƒ10,00 – MY]. Het moet gegeven worden door iedereen die over voldoende middelen beschikt, en wordt verdeeld over hierna te noemen categorieën mensen. Ook namens kinderen moet door de ouders zakat fitrah betaald worden.

Zakat mal is verschuldigd over de volgende drie categorieën bezit:

  • Geld, goud, zilver, huizen, land en handelswaar
  • Vee
  • Oogst

Van goud dat je een jaar of langer in bezit hebt moet je 2½% afstaan als het 98 gram of meer is. (Voor de berekening wordt uitgegaan van de aankoopprijs van het goud, niet van de dagwaarde.) Voor spaargeld en handelswaar ter waarde van 98 gram goud of meer geldt hetzelfde. Voor zilver geldt hetzelfde voor 150 gram of meer. Over je eigen huis en land hoef je geen zakat te betalen, maar wel over huizen die je verhuurt en land dat je verpacht. Het meest geëigende moment om de zakat te betalen is tijdens de maand Ramadhan.

Voor vee gelden voor iedere soort aparte regels. Voor schapen geldt bijvoorbeeld dat je er van tien één moet slachten en verdelen. Over de opbrengst van oogst (verkoop van hetgeen overblijft na aftrek van je dagelijkse behoefte) wordt 5% berekend als het land geïrrigeerd wordt en 10% als dat niet het geval is, te voldoen op het moment dat je het geld ontvangt.

De volgende categorieën mensen hebben recht op ontvangst van zakat:

  • Wezen  
  • Armen (die geen zekerheid hebben dat ze de volgende dag te eten zullen hebben – fakir miskin)  
  • Mensen die om niet hun kennis van de islam met anderen delen of strijden op de weg van Allah (sabilillah)  
  • Ouderen zonder inkomsten
  • Nieuwe moslims (gedurende één jaar – mu`alaf)  
  • Reizigers (die zich bij de moskee melden als ze niet voldoende geld hebben om zich onderdak en voedsel te verschaffen. Zij mogen gedurende drie dagen van deze mogelijkheid gebruik maken – musafir)  
  • Weduwen
  • Iemand die zijn schulden niet kan afbetalen  
  • De inners van de zakaat

De zakat kan door de imam of een comité van de moskee worden verzameld, maar kan ook direct gegeven worden. Het geven van zakat is je eigen verantwoordelijkheid en kan door niemand gecontroleerd worden. Na je dood wordt je hierover ondervraagd.

[Moeten zakat en sadaqah (vrijwillige gift) aan moslims gegeven worden?  Zakat is alleen geldig als het aan moslims gegeven wordt. Sadaqah kan ook aan niet?moslims gegeven worden, maar je wordt er dan niet voor beloond.]

[Is geld dat ik geef aan een familielid zodat zijn zoon kan studeren geen zakat? Het opdoen van kennis is toch een verplichting voor iedere moslim?  In dit geval is er geen sprake van zakat, want het gezin heeft blijkbaar voldoende om van te leven. Het studiegeld is in dit geval sadaqah, een vrijwillige gift, waarvoor pahala (beloning) verdiend wordt. Als je niet voldoende middelen hebt is er geen verplichting om een studie te volgen.]

De hajj moet verricht worden door iedereen die daar lichamelijk, financiëel èn geestelijk toe in staat is. (Geestelijk wil zeggen dat je er voldoende op moet zijn voorbereid. Het heeft geen zin om te gaan als je er nog niet ‘rijp’ voor bent. Dan is het alleen een uiterlijke hajj, maar heeft het geen innerlijke waarde.)

(Samenvatting van een lezing door Sjeich Abu Bakar Abdullah, verbonden aan de Istiqlal Moskee te Jakarta, Voorburg, oktober 1998)

Over de schepping

Allah is licht/straling. In het begin is Allah alleen. Hij schept de engelen (malaikah) uit licht. Dan schept hij Iblis en de djinn uit vuur. Zij leven in het paradijs.

Dan schept Allah Adam uit zand, water, vuur en lucht. Eerst wordt Adam gevormd, dan blaast Allah de ziel in, het licht van Allah. Man en vrouw worden uit Adam gevormd. De Engelen buigen zich – op bevel van Allah – voor Adam, maar Iblis weigert dit. Hoe kan hij, een wezen van licht, buigen voor een wezen gemaakt uit stinkende aarde?

Allah stuurt Iblis naar de hel. Iblis stemt toe, maar vraagt tijd om de kinderen van Adam te verleiden. Die tijd geeft Allah hem. (Van nu af wordt Iblis Syaithan genoemd.)

De godsdienst van Allah is de Islam, die Allah heeft geleerd aan Adam en Eva. Zij mogen alles eten, behalve de vruchten van één boom. Adam en Eva volgen Syaithan, die hen aanraadt ervan te eten.

Allah stuurt Adam en Eva naar de aarde. De djinn zijn onzichtbaar voor de mens, net als Iblis, de engelen en Allah zelf. Maar onder de djinn zijn mannen en vrouwen, gelovigen en ongelovigen.

De engelen en Syaithan kunnen slechts zichbaar worden in de gedaante van een mens. Alle wezens zijn geschapen om Allah te gehoorzamen, maar de mensen en de djinn hebben de keuze gekregen dit niet te doen en zullen op de Laatste Dag verantwoording voor hun keuzes moeten afleggen.

Alles op aarde, zowel levende wezens als dode dingen, heeft zijn engelen. De engelen hebben allen hun eigen specifieke taak. Mikhaïl (Michael) is verantwoordelijk voor rizqi (voedsel, wind, regen, etc.). Djibriel (Gabriël) zorgt voor hidayah (leiding), wahyu (openbaring) en ilham (inspiratie).

Ieder mens heeft twee engelen, Raqib die aan zijn rechter zijde staat en de goede voornemens en daden noteert, en Atib aan zijn linker zijde die de slechte daden noteert. Een goed voornemen wordt al beloond terwijl een slecht voornemen pas wordt genoteerd als het daadwerkelijk wordt uitgevoerd.

(Samenvatting van een lezing door Sjeich Abu Bakar Abdullah, verbonden aan de Istiqlal Moskee te Jakarta, Voorburg, oktober 1998)

Geloof (imaan)

Het onderstaande is een samenvatting van een lezing die ik in maart 2003 voor een groep jonge Nederlandse moslims gaf.

Geloof is heel persoonlijk. Geloof moet van binnen groeien. De mens is geschapen om Allah te dienen, of je nu in het bestaan van Allah gelooft of niet. Dat is tenminste wat ons als moslims is opgedragen te geloven. Uit ons geloof in het bestaan van onze Schepper vloeit een aantal zaken voort, hetzij door logisch redeneren of via openbaring.

Op de vraag “wat moet ik als moslim geloven” bestaat een eenvoudig antwoord:

Wij zaten naast de Profeet toen een man in witte klederen met geheel zwart haar aankwam. Niets wees erop dat hij van een reis kwam en niemand kende hem. Hij baande zich een weg tussen de aanwezigen en knielde neer voor de Boodschapper van Allah, zoals iemand van ons doet tijdens zijn gebed. De metgezellen keken elkaar aan en zeiden. “Wij herkennen deze man niet!”  Zich tot de Profeet wendend zei de onbekende: “Door Allah Gezondene, wat is geloof?”  “Dat is”, zei de Profeet, “geloven in Allah, in Zijn Engelen, in de verschijning voor Hem, in Zijn Profeten en in de Opstanding.”  “Wat is islam?”, vroeg de man.  “Dat is”, antwoordde de Profeet, “Allah aanbidden zonder ook maar iets aan Hem gelijk te stellen, de gebeden verrichten, de zakaat geven en vasten gedurende de maand ramadhan.”  …  “Het was Gabriël”, zei de Profeet. “Hij is gekomen om u uw religie te onderwijzen.”  (Overgeleverd door Umar, vermeld door Boechari)

Op basis van deze hadieth zijn de Rukun imaan en Rukun islaam (zuilen van geloof en zuilen van aanbidding) geformuleerd, te weten:

Rukun imaan: geloof in God, Zijn Engelen, Zijn boodschap(pen), Zijn profeten, wederopstanding en oordeel, in andere versies wordt ook qadha/qadr (lotsbestemming) genoemd.

Rukun islaam: aanbidding van de Ene God (laa ilaha ilAllah), gebed, zakaat, vasten, in andere versies wordt ook de bedevaart genoemd.

Zo eenvoudig is onze religie. Het is echter niet zo makkelijk je met je hele wezen naar deze eenvoudige woorden te richten. De mens zit nu eenmaal vol twijfels en ongeloof en Sjaithan heeft toestemming om die twijfel en dat ongeloof in ons verder aan te wakkeren.

Wij zijn allen ooit tot geloof gekomen, hetzij omdat we in een islamitisch gezin zijn opgegroeid, hetzij omdat we in het Christendom of ons ongeloof iets misten en Allah iets van Zijn Licht in ons hart plantte. Het geloof in de Unieke god Allah staat aan de basis van onze religie. Waar één rechtvaardig persoon het voor het zeggen heeft heersen orde en rust. Waar twee of meer de leiding hebben heerst rivaliteit en liggen twijfel en chaos op de loer. Vanuit de bestudering van de natuurwetten kunnen we tot de overtuiging komen dat God bestaat als Almachtige, Alwetende en Perfecte Schepper van het zichtbare en het onzichtbare (zie bijvoorbeeld Qur’aan 7:54, 21:22).

Als middelaar tussen God en de Mens beschikt God over Engelen, wezens die we niet kunnen zien, tenzij bij hoge uitzondering. Deze wezens zijn evenals de mens geschapen om Allah te dienen, alleen hebben zij niet de mogelijkheid gekregen zich uit vrije wil tot Allah te wenden of zich van Hem af te keren, zoals de mens. Zij kunnen niet anders dan God dienen (zie bijv. Qur’aan 2:177, 69:17, 13:23).

Als we nu in de Ene God geloven, en tot de overtuiging zijn gekomen dat wij Hem moeten dienen, hoe kunnen wij weten wat wij moeten doen? Daartoe heeft God boodschappers tot ons gezonden, bijzondere mensen die Hij heeft uitverkoren als voorbeeld voor de mensheid. Sommigen waren slechts een voorbeeld voor de mensen in hun directe omgeving door hun wijsheid en correcte levenswijze, aan anderen gaf God een Boodschap, een Wet, een tekst die door oprechte volgelingen uit het hoofd werd geleerd en doorgegeven aan latere generaties. Enkele van die boodschappen kennen we nog als Taurah (Thorah), Dzabur (Psalmen van David) en Indjiel (Evangelie). We mogen deze boeken niet als verzinsels afdoen, maar moeten ons wel realiseren dat ze geen geldigheid meer bezitten omdat ze slechts voor een bepaald volk of een bepaalde tijd bedoeld waren en door de heilige Qur’aan vervangen zijn, en omdat de teksten zoals we die nu kennen niet meer zijn zoals ze duizenden jaren geleden geopenbaard werden (zie bijv. Qur’aan 16:36, 4:163-165, 4:136, 3:2).

Tenslotte zond God onze geliefde profeet Muhammad (vzmh) en openbaarde hem de Qur’aan, het heilige boek dat volgens Gods eigen woorden door niemand veranderd zal kunnen worden en zijn geldigheid niet zal verliezen tot aan de Laatste Dag. In dit boek is – na enige studie – alles te vinden wat wij als richtlijn nodig hebben om ons leven in dienst van God te stellen. De Qur’aan geeft de hoofdlijnen, voor de details zijn we aangewezen op de sunnah van de profeet.

Vervolgens dienen we te geloven in qadha/qadr (lotsbestemming, prédestinatie). Qadha en qadr zijn tamelijk moeilijke begrippen. Kort gezegd komt het erop neer dat alles wat wij doen of laten is onderworpen aan Gods wil. Dat lijkt in tegenspraak met de keuzevrijheid die wij hebben om God te volgen of de verleidingen van Sjaithaan. Misschien kun je het zo verwoorden (althans, zo heb ik het voor mezelf begrijpelijk gemaakt) dat wij weliswaar een keuzemogelijkheid hebben gekregen, maar dat de uitkomsten van al onze keuzes al bij Allah bekend zijn. Bij Allah bestaat immers geen tijd! Laat het ons voldoende zijn te geloven dat alles van Hem afhangt; als Hij wil dat iets gebeurt, kan niemand dat tegenhouden, en jouw successen zijn slechts geschenken van Allah. Ben je trots op je prestaties en pretendeer je dat het slechts jouw eigen verdiensten zijn, dan verdien je het vuur (zie bijv. Qur’aan 57:22, 64:11, 9:51).

Daarmee kom ik op de laatste van de zes zuilen van het geloof: het Oordeel op de Laatste Dag. Omdat we die keuzemogelijkheid hebben gekregen, omdat we als rentmeesters of vertegenwoordigers zijn aangesteld op aarde, past het ons dat we ons na afloop verantwoorden. Als alles is afgelopen, als de aarde vernietigd wordt, zullen we voor de Troon moeten verschijnen en zullen we over onze daden ondervraagd worden. Wie zijn talenten verkwist heeft gaat naar links, wie geslaagd is gaat naar rechts. Over wat ons daarna te wachten staat is alleen in beelden iets aan ons duidelijk gemaakt; geen mens kan zich voorstellen hoe het in werkelijkheid zal zijn. Menselijke taal schiet hiervoor te kort (zie bijv. Qur’aan 64:7, 83:4-6, 99:1-6).

Ik heb geprobeerd om heel in het kort enkele basiselementen die voor ons geloof van belang zijn te verduidelijken, maar ik begrijp best dat niet alles voor iedereen even makkelijk te accepteren is. Ieder gaat zijn individuele weg en moet op zijn specifieke terrein strijd leveren. Maar insja Allah ontvangen wij de kracht om door te zetten, ook wanneer we iets maar met moeite kunnen begrijpen. Insja Allah worden we beloond voor onze inspanningen.