Waarom kiest een moslim voor biologisch-dynamische voeding?

door abubakkernl

Plant en dier zijn geen gebruiksvoorwerpen waar we naar believen mee kunnen doen wat we willen, maar door God geschapen wezens die ons respect verdienen. Richt geen schade aan, put de bodem niet uit maar verbeter de grond voor volgende generaties. Geef dieren een goede behandeling, ruimte, gezond voedsel. Zorg ervoor dat ze zich niet kunnen verwonden en geef ze gelegenheid tot paren. Dit zijn enkele voorschriften uit de sjaria die ook in de biologische en biologisch-dynamische landbouw een belangrijke rol spelen.

Vruchtbare bodem – gezonde planten

Voor een boer die biologisch-dynamisch werkt is de bodem een levend organisme. In de moderne landbouw – we kunnen ook van chemische landbouw spreken – is dat anders. De grond waarop gewassen geteeld worden wordt daar slechts als neutraal materiaal gezien waar de plant met z’n wortels houvast in vindt en waar je alleen die stoffen in hoeft te stoppen die de plant nodig heeft (of waarvan we dénken dat de plant ze nodig heeft). Grond wordt in de glastuinbouw dan ook vervangen door steenwol waar een mengsel van water en chemische verbindingen doorheen stroomt. Maar misschien heeft een plant wel meer nodig dan de stoffen die we in het laboratorium aantreffen. In ieder geval is aangetoond dat planten die van kunstmest afhankelijk zijn vele malen gevoeliger zijn voor insecten, schimmels en ziektekiemen dan planten die in een levende bodem wortelen.

Een bd-boer probeert zijn grond zo gezond mogelijk te maken. Dat kan op verschillende manieren. In de eerste plaats door goed gecomposteerde mest te gebruiken. Die wordt gemaakt van dierlijke mest, vermengd met plantenresten, die een tijd met rust wordt gelaten om micro-organismen, wormen en insecten de kans te geven het materiaal om te zetten in humus. Die humus wordt over het land verspreid en voedt de aarde.

Vruchtwisseling

Een tweede maatregel is vruchtwisseling, die in alle vormen van traditionele land- en tuinbouw bekend is. Niet alle planten halen dezelfde stoffen uit de bodem en er worden ook stoffen aan de bodem afgegeven. Door permanent hetzelfde gewas op hetzelfde stuk grond te telen (monocultuur) raakt de bodem uitgeput en treden plantenziekten op. In de ‘gangbare’ akkerbouw wordt dit probleem met steeds meer kunstmest en steeds sterkere besrijdingsmiddelen bestreden.

In de bd-akkerbouw, die gevarieerder en kleinschaliger is, werkt men met een vruchtwisselingsschema van drie tot vijf jaar, waarbij tenminste één jaar een gewas wordt verbouwd dat niet geoogst wordt, maar wordt ondergeploegd om de bodem terug te geven wat er in andere jaren vanaf wordt gehaald. Vaak gebruikt men daarvoor klaver, die via de wortels stikstof in de grond brengt.

Het resultaat van deze twee elkaar aanvullende maatregelen is dat de bodem in de loop der jaren steeds beter van structuur en vruchtbaarder wordt. Insecten, schimmels en virussen vormen door deze werkwijze zo goed als geen probleem meer voor het gewas. Als er toch schade optreedt, blijkt dat vrijwel altijd op onbedoelde teeltfouten te wijzen. Voor zover ziektekiemen nog vat op de gewassen hebben, worden die bestreden met plantaardige preparaten die de boer zelf kan maken en die onschadelijk zijn voor mens en milieu.

Biologisch geteelde granen, groenten en fruit hebben vaak een meer uitgesproken smaak die niet alleen tot stand komt door het ras, maar ook door de plaats waar het gewas geteeld is en door wie. Biologisch voedsel is voedzamer dan ‘gangbaar’. Wie gewend is zes boterhammen te eten, heeft vaak aan drie of vier boterhammen van biologische kwaliteit voldoende. In het Arabisch kennen we hiervoor het woord  tayyib (goed, kostelijk; Qur’an 2:168).

Gemengd bedrijf

Eén belangrijk aspect van de bd-landbouw heb ik nog niet genoemd, namelijk het feit dat men streeft naar een gemengd bedrijf met granen, groenten, fruit en vee. De dieren leveren precies genoeg mest en op een deel van de grond verbouwt de boer het voer voor zijn eigen dieren, waardoor er een natuurlijke kringloop en een bedrijfseigen karakter ontstaat. Dit is niet altijd op één bedrijf te realiseren, maar kan ook door samenwerking tot stand komen.

In de bio-industrie worden zóveel dieren op een vierkante meter gehouden dat ze net niet doodgaan. Horens, klauwen en snavels moeten verwijderd worden om ervoor te zorgen dat de dieren elkaar niet door stress verwonden. Het vee op een bd-bedrijf krijgt veel ruimte, vers voedsel en de gelegenheid om te paren. Hierdoor kunnen koeien hun horens en kippen hun snavels behouden. Ze zijn sterker en leven langer. Preventieve behandelingen met antibiotica zijn niet nodig.

Wie denkt dat halal vlees in Nederland aan alle islamitische voorschriften voldoet, houdt zichzelf dus voor de gek. Halal is méér dan het uitspreken van bismillah en het toebrengen van een halssnede. In Duitsland, Engeland en de VS beginnen moslims zich te realiseren dat halal vlees ook biologisch zou moeten zijn en wordt op kleine schaal met labels als bio-halal en  organic halal gewerkt. Overigens is veel vlees eten ongezond. Het zorgt voor hart en vaatziekten en we worden er dik van.

Eigenlijk zijn dit precies de criteria die de sjaria voorschrijft. Daarom zouden moslims biologische en biologisch-dynamische producten moeten consumeren, want deze zijn niet alleen gezonder en lekkerder, maar ze zijn ook nog eens beter voor het milieu. Dat ze vaak duurder zijn, komt niet alleen doordat de productie ervan arbeidsintensiever is, maar ook doordat de kosten voor herstel van milieuschade in de gangbare landbouw niet aan de klant worden doorberekend. De prijs van vervuilende producten zou eigenlijk flink omhoog moeten. Dat zou al gauw het einde van de chemische landbouw en de bio-industrie kunnen betekenen.

* * *

Geschreven voor Wijblijvenhier.nl

Advertentie